Ruim drie decennia stond hij op de kansel als gemeentepredikant. Nu zit dr. R.W. (Reinier) de Koeijer (59) achter een bureau, als studiesecretaris van de Gereformeerde Bond. Zijn dagen bestaan niet langer uit preekvoorbereiding en pastoraat, maar uit toerusting en theologische verdieping. Een grote verandering. ‘Ik hoop vooral dat mijn werk bijdraagt aan geestelijke verdieping.’
Na zijn studie theologie in Utrecht begon De Koeijer in 1989 als pastoraal werker. Drie jaar later werd hij predikant in Hellouw, een dorp in de Tielerwaard. Daarna diende hij de gemeenten van Giessendam/Neder-Hardinxveld (1997), Putten (2005), Bilthoven (2012) en de wijkgemeente West in Waddinxveen (2019). Sinds september dit jaar is De Koeijer begonnen als studiesecretaris bij de Gereformeerde Bond.
Na 33 jaar predikantschap hebt u nu een kantoorbaan bij de Gereformeerde Bond in Voorthuizen. Hoe bevalt dat?
‘Het is natuurlijk wennen, want mijn week ziet er totaal anders uit dan vroeger. Op maandag begon ik altijd met de preekvoorbereiding, soms schreef ik die dag al de hele preek. Nu zit ik dan meestal op het kantoor van de Gereformeerde Bond in Voorthuizen. Op andere dagen werk ik geregeld thuis, maar ook wel samen met collega’s hier op kantoor. Dat samenwerken is nieuw, maar ook mooi. Ik ben vaker onderweg en ja, zelfs files horen er tegenwoordig bij. Het voelt echt als het begin van een nieuw hoofdstuk. Overigens blijf ik nog wel regelmatig voorgaan in zondagse erediensten.’
Wat doet een studiesecretaris precies?
‘Concreet houdt mijn werk in dat ik onder meer artikelen schrijf, lezingen geef en meewerk aan de voorbereiding van studiedagen voor onze studenten. Tegelijk breng ik ook veel tijd door in mijn studeerkamer om me in theologische thema’s te verdiepen. Al mijn werkzaamheden staan ten dienste van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond, ambtsdragers en gemeenteleden en studenten.’
Hoe verhoudt u zich tot het hoofdbestuur?
‘Mijn taak is om theologische bezinning aan te reiken en te stimuleren. Thema’s als prediking, eredienst en de beleving van de zondag vragen bijvoorbeeld om verdieping en richting. Momenteel bezin ik me op preken in de Bijbel, te beginnen bij Deuteronomium. Wat leren de toespraken van Mozes ons over de verkondiging vandaag? Dat kan leiden tot artikelen, lezingen of tot stof voor studiedagen. Zo voed ik het gesprek binnen het bestuur én richting gemeenten.’
Agendeert u de thema’s zelf?
‘Als er onderwerpen zijn die volgens mij verdieping vragen, kan ik die inderdaad op tafel leggen. De prediking – waarmee ik nu bezig ben – is bijvoorbeeld al decennialang een belangrijk thema binnen de Gereformeerde Bond. Hierover is ook de laatste tijd in het hoofdbestuur gesproken. Maar het bestuur kan mij ook weleens vragen om me in een actueel onderwerp te verdiepen.’
‘Dit werk voelt als een begin van een nieuw hoofdstuk’
Wat merken gewone gemeenteleden straks van uw werk?
‘Gemeenteleden kunnen me tegenkomen op een gemeenteavond of in artikelen in De Waarheidsvriend. Soms word ik gevraagd om tijdens een ambtsdragersvergadering een thema toe te lichten. Op die manier zullen ze dus het nodige van mijn werk zien, al is het vaak indirect.’
Kunnen gemeenteleden ook prangende onderwerpen aandragen?
‘Dat kan zeker. Als een ambtsdrager of gemeentelid aangeeft: “Dit thema leeft bij ons, kun je daar eens aandacht aan besteden?”, dan zal ik daar serieus naar kijken. Soms kan dat leiden tot een bespreekpunt in het hoofdbestuur of tot een lezing of een artikel.’
De derde groep zijn de studenten. Wat gaat u voor hen doen?
‘De Gereformeerde Bond heeft altijd sterk ingezet op de toerusting van studenten. Denk aan de verschillende hoogleraren, aan de studieweek in augustus en studiedagen in december en in het voorjaar. Ik ben betrokken bij de voorbereiding van deze dagen. Bovendien onderhoud ik contacten met docenten en universiteiten. Het is belangrijk dat er ruimte is voor het gereformeerde geluid op de universiteiten. Theologiestudenten zijn vaak de predikanten van de toekomst, dus hun vorming is cruciaal.’
"*" geeft vereiste velden aan