Waar bent u naar op zoek?

De gemeente ontvangt de Trooster uit handen van de verhoogde Christus

Leven door de Geest

Ds. J.A.W. Verhoeven
Door: Ds. J.A.W. Verhoeven
Heilige Geest
29-05-2025

Op weg naar Pinksteren was de Jeruzalemse gemeente in gebed. Het kan niet anders of zij heeft vurig verlangd naar de uitstorting van de Heilige Geest. Dat gebed om de volheid van de Heilige Geest blijft nodig. Paulus roept uit: 'Word vervuld met de Geest!' Alleen Zijn kracht vernieuwt de kerk.

Het verlangen naar meer van de Geest drijft sommigen naar charismatische gemeenten. Anderen starten een huisgemeente. Dat roept de vraag op wat leven door de Geest is. Wat werkt het uit? Is Calvijn niet ‘de theoloog van de Heilige Geest’ genoemd? Ik stip enkele aspecten aan.

Allereerst: God is drie-enig. Dat is diep verankerd in de Schriften. Het is gegeven met de doop, want Jezus zei: ‘Doop in de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.’ De Geest is niet los verkrijgbaar. Hij gaat uit van de Vader en van de Zoon. Hij wordt aanbeden, samen met de Vader en de Zoon.

De Geest is niet los verkrijgbaar. Hij gaat uit van de Vader en van de Zoon.

De Heilige Geest heeft dan ook geen eigen agenda, los van de Vader en de Zoon. Vervuld zijn met de Geest betekent niet dat Hij ons op een weg leidt die voorbijgaat aan de Vader. Integendeel, de Geest leidt ons juist binnen in de geheimenissen van Gods verbond. ‘Vertrouwelijk gaat de HEERE om met wie Hem vrezen. Zijn verbond maakt Hij hun bekend’ (Ps. 25:14). De Geest leert ons roepen: ‘Abba Vader.’ Ook leidt Hij ons niet aan de Zoon voorbij. Integendeel, de Geest zet altijd Christus in het middelpunt.

Plaatsvervanger

Enerzijds gaat de Heilige Geest aan Christus vooraf. Door overschaduwing van de Geest is uit de maagd Maria de Zoon van God geboren. Met die Geest is Jezus gezalfd en zo toegerust om Zijn ambt te vervullen en als Verlosser op te treden (Matth. 3:13-17). Door die Geest is Christus binnengeleid in de verzoeking door satan (Matth. 4:1-11). Door die Geest heeft Hij Zichzelf als smetteloos offer gegeven voor de verzoening van de zonden (Hebr. 9:14-15).

Anderzijds gaat Christus aan de Geest vooraf. Eerst moest Christus het werk van de Middelaar hebben volbracht en terugkeren naar Zijn Vader. ‘Als Ik niet wegga, zal de Trooster niet naar u toe komen, maar als Ik heenga, zal Ik Hem tot u zenden’ (Joh. 16:7). Op de Pinksterdag horen we dat de Vader de Heilige Geest beloofd had aan de Zoon. Nu de Zoon alles heeft volbracht, heeft Hij van Zijn Vader volmacht gekregen om de Heilige Geest te geven aan de gemeente (Hand. 2:33). De gemeente ontvangt de Heilige Geest altijd uit handen van de verhoogde Christus.

Volgens Johannes 14 belooft Jezus dat Hij de Vader zal vragen om ons de Heilige Geest te zenden. Wij worden niet als weeskinderen achtergelaten. De Geest is de plaatsvervanger van Jezus op aarde, de ‘andere Trooster’. Jezus zegt: ‘Hij blijft bij u en zal in u zijn’ (Joh. 14:17). In en door de Geest is Christus vanuit de hemel bij Zijn kerk op aarde.

Uit alles blijkt hoezeer het werken van de Vader, van de Zoon en van de Heilige Geest verstrengeld is. Het is één werk tot verlossing. De Geest put uit Christus en verkondigt het ons. De Geest vraagt geen aandacht voor Zichzelf. Hij zet Jezus in het licht. ‘Die zal Mij verheerlijken, want Hij zal het uit het Mijne nemen en het u verkondigen’ (Joh. 16:14). Het thema van de Pinksterpreek in Handelingen 2 is niet de Heilige Geest, maar Christus: Zíjn dood en opstanding, verheerlijking en wederkomst. Wat Christus eenmaal volbracht, daarvan deelt de Heilige Geest uit, in alle talen, tijden en culturen. Hij maakt het eenmalige werk van Christus keer op keer effectief in het hart, door wedergeboorte, geloof, bekering. Via prediking van Christus. Die prediking is appellerend, nodigt dringend tot Christus te komen. Daar mag zegen op verwacht worden. Want de Geest is Heere en maakt levend.

Inlijving in Christus

Wij worden verlost van onze zonde, doordat de Heilige Geest ons bindt aan Christus. Dat is een nauwe, onverbrekelijke band. Zoals een rank aan een wijnstok, zegt Jezus in beeldspraak (Joh. 15). Het is in-enting, inlijving, in-lichaming. Zozeer één met Christus, dat Zijn gaven vanuit de hemel binnenvloeien op aarde in de gemeente. Zo ontkiemt er leven, eeuwig leven. Zo groeien er vruchten. Zo bloeit de gemeente op.

Zozeer één met Christus, dat Zijn gaven vanuit de hemel binnenvloeien op aarde in de gemeente.

Datzelfde bedoelt Paulus wanneer Hij schrijft: ‘in Christus’. Die uitdrukking staat talloze keren in het Nieuwe Testament. Het klinkt bijna als een vaste formule, je zou eroverheen lezen. Maar juist deze twee woordjes zijn zo kostbaar: ‘in Christus’. In Hem zijn wij dood voor de zonde en leven wij voor God. In Hem. Houd het daarvoor! U dient uzelf zo te rekenen (Rom. 6:11).

Die samengroeiing met Christus is het meest typerende werk van de Heilige Geest. Vereniging met Christus is geloofswerkelijkheid (Gal. 2:20). Het gaat dwars tegen de ervaren werkelijkheid in. Het is leven uit de dood. Leven door de Geest is: ik ben met Christus gekruisigd, ik leef niet meer, maar Christus leeft in mij.

Onder het kruis

Zo liggen de dingen ‘in Christus’. Onwrikbaar vast liggen ze dan. Want Hij heeft de zonde weggedaan, de weg naar de Vader geopend en de dood overwonnen. Maar dat is geen onbetwist bezit. Dat ligt niet voor het oprapen. Het nieuwe leven uit Christus is bij Hem verborgen in de hemel, maar op aarde ligt het onder vuur. Het Hoofd is in de hemel, het lichaam (nog) niet. Hier op aarde brengt de eenwording met Christus ons in een felle strijd tussen vlees en geest. De Heilige (!) Geest confronteert ons met onze zondige aard. In Christus is de oude mens gestorven, maar in de dagelijkse werkelijkheid is hij springlevend. De oude mens moet gedood worden, elke dag. De nieuwe mens moet worden aangedaan, in dagelijkse bekering. De Heilige Geest leidt ons niet weg van het kruis, Hij brengt ons er juist onder. Hij jaagt op het oude, Hij jaagt dat de dood in. Met de belofte dat als wij met Christus sterven, wij ook met Hem zullen leven. Leven in de liefde, leven in de vrijheid. Dat nieuwe leven wordt concreet in het doen van de geboden. ‘Als u Mij liefhebt, neem dan Mijn geboden in acht’ (Joh. 14:15; 21; 15:8,10,14).

De Heilige Geest leidt ons zo in de waarheid, dat we hoe langer hoe meer in de Bijbel gaan lezen. De Bijbel is Geest-doorademd, levend Woord van God. De Geest van de profetie leidt ons niet aan de Bijbel voorbij. De Heilige Geest drijft ons juist de Bijbel ín. Verlangen naar de Heilige Geest leidt tot verdiept en verwachtend Bijbellezen. En omgekeerd.

Laten we bedenken dat we gedoopt zijn in de Naam van de Heilige Geest. Verlangen naar vervulling met de Heilige Geest maakt dat je biddend in de weer raakt met je doop. De Heilige Geest verzekert ons dat Hij bij ons wil wonen en ons wil toe-eigenen wat wij in Christus hebben. Dat is tweeërlei genade: de zekerheid dat mijn zonden zijn vergeven, zodat ik rechtvaardig voor God sta. Én de dagelijkse vernieuwing van ons leven.

Tótdat – dat is het uitzicht – de strijd hier op aarde is gestreden en de pelgrims thuisgehaald worden. Als er in de gemeente onduidelijkheid ontstaat over de zeggingskracht van de doop, gaat alles schuiven.

Eén lichaam

De Geest zal in u zijn. Dat is meervoud: in jullie. Wij zijn individualisten. Daardoor lezen we gemakkelijk over het meervoud heen. Heel Johannes 14 staat in het meervoud, dat geldt trouwens bijna heel het Nieuwe Testament. De Heilige Geest weekt je niet los van de kerk, maar verbindt juist de leden van de gemeente onder één Hoofd. Het wordt één kudde, die luistert naar één stem. Als je vervuld bent met de Heilige Geest, ga je niet een eigen weg naast de gemeente. Integendeel, je krijgt de kerk van Christus lief. Het is Zijn lichaam. Je gaat elkaar dankbaar en nederig dienen. De ander uitnemender achten. Wij zijn door één Geest in één lichaam gedoopt (1 Kor. 12:13).

Word vervuld met de Heilige Geest! Niet: maak jezelf vol. Wórd vervuld! Het verlangen naar meer van de Geest leidt tot aandringend en aanhoudend bidden. In het besef dat je alles hebt verspeeld, pleit je op wat de Heere ons in de doop heeft verzegeld. De kracht van dat gebed wordt het meest ervaren wanneer alles je uit handen valt. Als je oog in oog staat met de macht van de zonde en de duivel. Als je niet meer weet wat je bidden moet. Dan komt de Geest je te hulp. Wij roepen ‘Abba Vader’. Róepen. Een schreeuw in doodsnood. Toch: met verwachting!

Och, waren allen profeten! Waren we allen vervuld met de Geest van de HEERE (Num. 11:29). Wat is het belangrijk dat ieder in de kerk lééft door de Geest. In geloof verbonden aan Christus. Met berouw over de zonden. Liefdevolle gehoorzaamheid aan de geboden. Vreemdelingen op aarde geworden, in gespannen hoop op de heerlijke komst van Christus.

Ds. J.A.W. Verhoeven is predikant van de hervormde gemeente (w.b.a.) te Krimpen aan de IJssel en voorzitter van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. Hij sprak op 22 mei tijdens de jaarvergadering in Putten deze tekst als openingswoord uit.

Ds. J.A.W. Verhoeven
Ds. J.A.W. Verhoeven

is predikant van de hervormde wijkgemeente van bijzondere aard te Krimpen aan den IJssel en voorzitter van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond.